Over mij

Mijn foto
De Brabant-Collectie is in 1837 in 's-Hertogenbosch opgericht door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant en wordt sinds 1986 beheerd door de bibliotheek van Tilburg University

dinsdag 14 oktober 2025

Mini-expositie 'Monsters & fabeldieren'

Het thema ‘Natuurlijk’ van de Maand van de Geschiedenis 2025 vormt de  aanleiding in de vitrine op de begane grond van de universiteitsbibliotheek een selectie te tonen van monsters en fabeldieren in enkele  oude drukken.

Onder monsters en fabeldieren verstaan we gevaarlijk uitziende wezens die in de loop van de geschiedenis uit de fantasie van de mensheid zijn voortgekomen. We treffen deze afschrikwekkende schepselen van menselijke, dierlijke of hybride aard aan in onder meer kronieken, vroege encyclopedieën, handschriften, atlassen, emblemata boeken, bijbels en mythologische werken.

Hane-basilisk
In: A. Kircher (et al.), Mundus Subterraneus, in XII Libros digestus [...] exponentur. Amstelodami : apud Joannem Janssonium à Waesberge & filios, 1678.
Vindplaats: CBC TFK D 1366/2  

Het geloof in deze mythische dieren was tot in de zeventiende en achttiende eeuw uiterst gangbaar. Deze schepselen maakten zelfs onderdeel uit van rariteitenkabinetten, zoals in verzamelingen van de Duitse geleerde Athanasius Kircher (1602-1680) en de Nederlandse apotheker Albert Seba (1665-1736). Zo golden narwaltanden lange tijd als bewijs voor het bestaan van eenhoorns, draakjes werden nagemaakt van roggehuid en een apenlijfje gecombineerd met een vissenstaart kon doorgaan voor zeemeermin. Pas toen in de tijd van de Verlichting aan het eind van de achttiende eeuw steeds meer plekken van de wereld in kaart gebracht werden en men daar geen draken en basilisken aantrof, verdween dit geloof.

Een voorproefje uit de expositie.

Verschillende menselijke monsterrassen (homines monstruosi) worden getoond in het beroemde Liber Cronicarum van de Neurenbergse humanist Hartmann Schedel (1440-1514) uit 1493. De universiteitsbibliotheek bezit twee wiegendrukken of incunabelen van deze rijk geïllustreerde wereldgeschiedenis. Schedel toont deze rassen bij het tweede van zeven tijdperken, een gebruikelijke tijdsindeling in de Middeleeuwen. In die tijd werden deze homines monstruosi verklaard door naar de goddelijke almacht te verwijzen. Sommige, zoals bijvoorbeeld reuzen, komen ook in de bijbel voor. Men twijfelde niet aan hun bestaan. Deze monsterrassen situeerde men in het verre en onbekende oosten. Naarmate er meer gebieden ontdekt werden, schoven de monsterrassen verder op naar de periferie.

Menselijke monsterrassen met afwijkende lichaamsbouw
In: H. Schedel, Liber cronicarum cum figuris et ymaginibus ab inicio mundi usque nunc temporis. [Augsburg]: [Johann Schönsperger], 1497.
Vindplaats: TF INC 16
Een fraai voorbeeld van een dierlijk monster is deze meerkoppige slangdraak. Het is een hydra, een waterdraak met vijf tot - volgens sommigen - wel honderd koppen. Velen kennen de hydra van Lerna, een van de twaalf werken van Hercules. Bij het afhakken van één kop, groeiden er twee aan. Zelfs de adem van deze draak zou dodelijk zijn.

Hydra
In: A.Seba e.a., Locupletissimi rerum naturalium thesauri accurata descriptio [...] collegit. Amstelaedami: apud Janssonio-Waesbergios, & J. Wetstenium, & Gul. Smith, 1734-1765. Tome I. 
Vindplaats: KOD 037 A 01

Een veelheid aan monsters en fabeldieren staat afgebeeld in Historiae naturalis, een zeventiende-eeuwse encyclopedie van de dierkunde van John Jonston. In dit overzichtswerk toont Jonston in het deel over vogels een griffioen, harpij en feniks. Slangen, zeemonsters en draken behandelt hij zelfs in een apart deel. En, hoewel hij sceptisch was over het bestaan van eenhoorns, beeldt hij toch zes exemplaren af in het deel over viervoeters. Pas met het uitkomen van Systema naturae van Carl Linnaeus in 1735 komt er onder wetenschappers verandering in de opvatting over het bestaan van monsters en fabeldieren. Echter, tot ver in de achttiende eeuw zijn er getuigenissen van reizigers die met eigen ogen zeemeerminnen of andere monsters hebben gezien.

Drie eenhoorns
In: J. Jonston, Historiæ naturalis. Amstelodami: apud Ioannem Iacobi fil. Schipper, 1657.
Vindplaats: CBC TFK D 683

Nieuwsgierig geworden? Kom dan de mini-expositie ‘Monsters & fabeldieren’ bekijken in de vitrine op nivo 0 van de universiteitsbibliotheek

Te zien: t/m 31 oktober 2025.

Bronnen:

  • Jan de Hond, ‘Grijpvogels, Eenhoorns en het Visken Remora. Monsters en fabeldieren uit de rariteitenkamer’, in: Bossche Bladen, 5 (2003) 3, p. 79-83.
  • Jan de Hond (red.), Monsters & fabeldieren : 2500 Jaar geschiedenis van randgevallen. Amsterdam : Ludion ; 's-Hertogenbosch : Noordbrabants Museum, 2003. Vindplaats: CBM TF C 8796

Geen opmerkingen:

Een reactie posten