Over mij

Mijn foto
De Brabant-Collectie is in 1837 in 's-Hertogenbosch opgericht door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant en wordt sinds 1986 beheerd door de bibliotheek van de Universiteit van Tilburg

donderdag 31 augustus 2017

Oogsttijd

Na het ploegen en zaaien in de lente is augustus (hiervan is het woord ‘oogsten’ afgeleid) voor boeren de maand om het koren te maaien en binnen te halen. Het graan op de akker moet voor de oogst voldoende rijp en droog zijn. De juiste oogstperiode is maar kort, dus moet er snel en efficiënt gewerkt worden. Tegenwoordig heeft men daarvoor de beschikking over een arsenaal aan machines; vroeger was hier veel werkvolk voor nodig.

Op onderstaande ingekleurde prentbriefkaart van Herman de Ruiter (1871-1949) maait een boer rond 1900 het koren met de hand. De opname is hoogstwaarschijnlijk in de Meierij gemaakt. De mannen maaiden de halmen met gestrekte rechterarm met een sikkel of zicht. Men begon vaak pas in de middag, omdat de dauw uit het koren helemaal verdampt moest zijn. In zijn andere hand had de boer een pikhaak om de aren rechtop te houden en in hopen op het veld te leggen. De vrouwen en meisjes raapten deze korenaren achter de maaier op en bonden deze met in elkaar gedraaide aren tot een schoof (ook wel garf of garve). Meerdere schoven zetten zij rechtop tegen elkaar in een hok te drogen zoals op de tweede afbeelding te zien is. Per streek of soms per dorp kon de vorm van deze hokken verschillen.
Koren maaien
Fotograaf: Herman de Ruiter
Prentbriefkaart, 1902 (tweede serie)
Uitg. J.J.N. Loretz, Fa. Wed. J. Loretz, 's-Bosch
De gerijpte en gedroogde korenschoven werden met een hoogkar van het land gehaald. De hiervolgende ansichtkaart toont de opsteker die schoof voor schoof rogge aan de gaffel prikt  en op de wagen gooit naar de lader. Vroeger werd rogge veel verbouwd in Noord-Brabant voor het bakken van brood. Na de oogst was de akker veranderd in een stoppelveld. Voor het land echter weer werd omgeploegd, kwamen de arenlezers – meestal vrouwen en kinderen – om de overgebleven aren te verzamelen.
Rogge in Schooven
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart, na 1905
Uitg. Weenenk & Snel, Den Haag
(gedrukt bij Dr. Trenkler Co, Leipzig)
Onderstaande opname uit 1917 toont een vrouw bovenop de hoogkar. Zij werpt de schoven naar de man die de stromijt oftewel stroschelf buiten bij de boerderij maakt. De steun om de kar stabiel te houden is zichtbaar. 
Brabantsch, Dorpsleven – Het opzetten der stroomeit
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart, 1917 (serienummer 17|0104)
J.H. Schaefer's Platino Uitg., Amsterdam
Was de oogst eenmaal van het veld, dan moest het koren nog worden verkregen. Dorsen was een eerste bewerking van het graan. Meestal vond het volledig uitdorsen van de aren in de winter plaats. Als een boer al zaaigoed nodig had of de voedselvoorraad uitgeput was, werd er direct na de oogst gedorst. Dit wordt ook wel voordorsen genoemd. Onderstaande foto van de Veghelse fotograaf Frans Stender (1893-1937) toont het hanteren van de dorsvlegel
Noord-Brabantsch Dorpsleven - Rogge-dorschers
Fotograaf: Frans Stender, Veghel
Prentbriefkaart, 1906 (serienummer 6416)
Uitg. Gez. Van Roosmalen, Veghel
Vervolgens moest het kaf van het koren gescheiden worden. Het lichtere kaf moest met behulp van de wind of een luchtstroom afgezonderd worden van de graankorrels. Dit gebeurde met de wan of wanmolen. Zowel mand als machine zijn te zien op onderstaande prentbriefkaart. Na het uitzeven van ongewenste elementen, was het graan klaar om gemalen te worden.
Brabantsch, Dorpsleven – De korenwan
Fotograaf: onbekend
Prentbriefkaart, 1917 (serienummer 17|099)
J.H. Schaefer's Platino Uitg., Amsterdam

Geen opmerkingen:

Een reactie posten